Zevens halen, naar feestjes gaan, ’s avonds urenlang door Facebook en Twitter scrollen en toch toegelaten worden op de studie die je zo graag wilt doen. Zo moeilijk is het in Nederland eigenlijk niet om te gaan studeren. Maar in Amerika is dat wel anders. Daar moet je keihard werken, hoge cijfers halen en heel veel extra dingen doen buiten school, wil je kans maken op een plekje op een opleiding.

Dries Darrow is 17 jaar oud en zit nu in zijn eindexamenjaar op de Miami Arts Charter School. Hij gaat elke dag van 8.00 tot 16.00 uur naar school, waar hij net zoals in Nederland de hele dag lessen volgt om bij te blijven. Maar studeren gaat er daar wel anders aan toe: “Het is niet alleen veel moeilijker om binnen te komen, maar het aanmeldingsproces kost heel veel tijd en werk.” En zit je bij een sportteam, debatclub, muziekvereniging of schrijf je voor de schoolkrant? Dan heb je sowieso weer een streepje voor.

Een ‘extra’ toets van vier uur

In Amerika moet je niet alleen goede cijfers voor je normale vakken halen, maar ook een aparte test doen: de ACT of SAT. Dit doe je in je laatste of een-na-laatste jaar en bepaalt hoe je ervoor staat. Het is een beetje te vergelijken met de CITO-toets op de Nederlandse basisschool. Op een Amerikaanse high school heb je namelijk geen vmbo, havo of vwo. Alle niveaus zitten door elkaar heen in dezelfde klassen. Sommige vakken kun je wel op een hoger niveau volgen, maar om je echte niveau te bepalen moet je dus deze losse toets nog maken. En die is best pittig.

De toets duurt bijna vier uur: je moet een essay schrijven en een hele rij vragen beantwoorden, waar best wat strikvragen tussen zitten. De scores van deze toets zijn een heel belangrijk onderdeel van je aanmelding voor je vervolgopleiding. Naast de SAT-scores moet je een hele hoop papierwerk meesturen: een motivatiebrief, een aanbevelingsbrief van een docent, je complete cijferlijst, essays en een waslijst aan persoonlijke informatie. En dan denken dat wij examenstress hebben…

“Ik kwam er al snel achter dat ik er alleen voor stond. Het is een zware klus, maar uiteindelijk is het wel gelukt.”

Toch weet Dries nog niet of hij eigenlijk wel meteen wil gaan studeren. In Nederland is het best normaal om een tussenjaar te nemen, maar in Amerika komt dat bijna nooit voor. “Hier denkt iedereen dat als je eenmaal een tussenjaar neemt, je nooit meer gaat studeren”, legt hij uit. “Maar ik wil dat uiteindelijk echt wel. Ik zou graag bedrijfskunde willen gaan doen op de Florida International University, of misschien zelfs wel naar de Universiteit van Amsterdam. Met een minor in muziek.”

Je staat er alleen voor

“Om eerlijk te zijn vallen de lessen in het laatste jaar dan wel weer mee. We hebben de jaren hiervoor al heel hard moeten werken en omdat ik er goed voor sta heb ik het nu best makkelijk”, vertelt Dries. Wat hij vooral heel moeilijk vindt, is het uitvoerige aanmeldingsproces voor universiteiten.

“Ik krijg echt bijzonder weinig hulp vanuit mijn school, terwijl het toch best wel heftig en veel werk is.”

Wat hem betreft mag het schoolsysteem dan ook nog wel een boost krijgen. Scholieren moeten veel meer begeleiding krijgen bij de overstap van de middelbare school naar het studeren. “90% van mijn tijd ben ik bezig met dat aanmeldingsproces. Als ik ook maar een beetje begeleiding zou krijgen zou dat zo 10% kunnen worden.” Het is allemaal veel werk en niet makkelijk, maar een extra steuntje in de rug zou al heel veel schelen.

In Nederland zijn er ook nog genoeg dingen waar we best wel wat hulp bij zouden willen krijgen in het examenjaar. Want hoe regel je die studiefinanciering nou eigenlijk? En waar begin je als je een kamer moet zoeken? Genoeg vragen die allemaal op je afkomen als je gaat beginnen met studeren. Maar het inschrijven en toegelaten worden op een opleiding? Nee, dat is hier toch een stuk makkelijker geregeld.

https://twitter.com/madiklein_2/status/794655652417138689?ref_src=twsrc%5Etfw

Dit artikel verscheen eerder op Ondertussen.nl